Beste vriend, beste vriendin,
Paul P. Harris, een jonge advocaat richtte samen met Sylvester Schiele, een kolenhandelaar, Gustavus L. Loehr, een mijnbouwingenieur, en Hiram Shorey, een kleermaker, onze allergeliefde Rotary op.
Diverser kan een gezelschap niet zijn!
Tegen een achtergrond van groeiende onverschilligheid in de menselijke verhoudingen en een in verdrukking komende ethiek in het zakenleven, werd Rotary opgericht.
En het is die ethiek, die ons, als oudste Serviceclub, onderscheidt en moet blijven onderscheiden.
Het lijkt mij dan ook op zijn plaats, zonder pedant te willen zijn, om onze leidraad, onze 4 vragen, hoewel ze ons allen uiteraard bekend zijn, nog eens te herhalen:
- Is het waar?
- Is het billijk voor alle betrokkenen?
- Bevordert het onderling vertrouwen en vriendschap?
- Komt het alle betrokkenen ten goede?
Deze ethiek is een basispijler, zowel in ons dagdagelijks leven, als naar de onderlinge vriendschap.
Op deze waarde – ethiek en onderlinge vriendschap – wens ik als Voorzitter in te zetten.
Ethiek, en in dezelfde adem de onderlinge vriendschap, moet de basis zijn die ons allen graag naar de statutaire vergaderingen doet komen, en vormt ze de basis om, op diverse wijzen, dienst aan de gemeenschap te verlenen.
Het is mijn hoop dan ook, om deze onderlinge vriendschap verder te mogen versterken.
In die optiek is Rotary m.i. niet enkel geld geven, maar zelf ook de handen uit de mouwen te steken.
Ik ben dan ook verheugd te mogen stellen dat er, samen met de uitbaters van het Abtenhuis, zal gekeken worden om een activiteit te organiseren, waarbij een culinaire maaltijd zal aangeboden worden aan een met specifieke noden gekenmerkte Geraardsbergense doelgroep.
Samen met Rotary, leerde jij, wat Aristoteles, de Grieks filosoof (384 v.C. - 322 v.C.), ons reeds leerde en wat een motivatie voor ons allen moet zijn:
"Een goede daad verrichten is makkelijk; de gewoonte ontwikkelen om dat altijd te doen, niet.”.
Op naar een boeiend Rotaryjaar!